pushsystemen

Pushsystemen zijn systemen waarin goederen, informatie of diensten actief door een leverancier naar afnemers worden geduwd op basis van forecast, planning of beleid, in plaats van dat afnemers vraaggestuurd uitnodigen of ophalen. Het idee is om capaciteit, productie en distributie te coördineren via centraal gestuurde processen en regels.

In productie en logistiek verwijst een pushsysteem naar gepland productie- en distributiebeleid. Productievolumes, voorraden en leveringen worden vastgesteld op basis van vraagvoorspellingen en verkoopverwachtingen. Voordelen zijn onder meer schaalvoordelen, gestandaardiseerde processen en voorspelbare doorlooptijden. Nadelen zijn onder meer de kans op overproductie, hoge voorraaddruk en het bullwhip-effect bij slecht ingezette voorspellingen.

In informatietechnologie verwijst push naar het actief verzenden van informatie of meldingen naar clients, zonder verzoek van de ontvanger. Voorbeelden zijn push-notificaties op smartphones, e-mailupdates of real-time signals via WebSocket en server-sent events. Push-technologie vermindert pollingverkeer en kan de tijdigheid van berichten verbeteren, maar vereist persistente verbindingen, goede privacy- en batterijbeheer en duidelijke opt-in- en filtratieopties.

Voordelen van pushsystemen zijn onder meer voorspelbaarheid, schaalbaarheid en snellere levering van informatie of producten. Nadelen omvatten inflexibiliteit bij veranderende vraag, verhoogde voorraad- of verwerkingskrachten en kwetsbaarheden door voorspellingsfouten of connectiviteitsproblemen. Push en pull worden vaak vergeleken als forecast-driven versus demand-driven benaderingen; in praktijk worden elementen van beide systemen toegepast, afhankelijk van context en doelstellingen. Implementatie vereist data-integratie, governance en aandacht voor klantacceptatie en efficiëntie.