Home

oudGermaans

Oud-Germaans verwijst naar de vroege Germanische talen die uit Proto-Germaans voortkwamen en van circa de 1e millennium v.Chr. tot in de vroege middeleeuwen werden gesproken. Het vormt de voorloper van alle hedendaagse Germaanse talen en splitste zich in drie takken: West-Germaans, Noord-Germaans en Oost-Germaans. West-Germaans omvat onder meer Oudengels, Oudhoogduits, Oudnederlands, Oud-Saksisch en Oud-Fries; Noord-Germaans omvat onder andere Oudnoors (waaronder Oud-IJslands) en verwante varianten; Oost-Germaans wordt vertegenwoordigd door Gothic, de best bewaarde Oost-Germaanse taal.

Proto-Germaans en Oud-Germaans kenmerken onder meer klankveranderingen zoals Grimm’s Law en Verner’s Law, umlaut en sterke

De oudste schriftelijke getuigen komen uit runeninscripties en latijns schrift. In Oost-Germaans gebied geldt de Gothic

Geografisch verspreid door Noordwest-Europa, van de Scandinavische schiereilanden tot de Britse eilanden en delen van het

---

uitgangen.
Deze
fonologische
ontwikkelingen
vormen
het
uitgangspunt
voor
de
latere
Germaanse
talen
en
verklaren
veel
van
de
verschillen
tussen
de
takken.
Bijbel
van
Ulfilas
uit
de
4e
eeuw
als
een
van
de
vroegste
en
belangrijkste
bronnen.
In
West-Germaans
gebied
verschijnt
literaire
traditie
met
Oudengels,
zoals
Beowulf,
en
Oudhoogduits-teksten
zoals
Otfrid
van
Weissenburgs
Evangelienbuch.
Noord-Germaanse
talen
leveren
ook
middeleeuwse
bronnen
die
de
oude
spreidingslijnen
bevestigen.
continent,
toont
Oud-Germaans
hoe
talen
evolueren
en
uitmondden
in
de
moderne
Germaanse
talen.
Het
levert
een
kerninzicht
in
de
geschiedenis
van
de
Europese
taal-
en
cultuurlandschap.