Serveren

Serveren is een Nederlands werkwoord met meerdere betekenissen, vooral in de horeca en in de informatica. In de horeca betekent serveren het leveren en opdienen van voedsel en dranken aan gasten. Een ober of bedieningspersoneel serveert gerechten aan tafel, zorgt voor de juiste presentatie en houdt rekening met de temperatuur en de portiegrootte. Ook het aan tafel presenteren van gangen en het afruimen behoort tot serveren. In bredere zin kan serveren ook verwijzen naar het leveren of tonen van iets aan een afnemer of gebruiker, bijvoorbeeld het leveren van een webpagina of data vanuit een server aan een cliënt of gebruiker in een computernetwerk.

Etymologie en geschiedenis: het werkwoord komt van het Franse servir, via het Nederlandse werkwoordserveren. Het woord is verwant aan termen die dienen, bedienen en leveren en wordt in beide contexten nog dagelijks gebruikt.

Grammatica en vervoeging: serveren is een regelmatige -eren-werkwoord. Tegenwoordige tijd: ik serveer, jij serveert, hij serveert, wij serveren, jullie serveren, zij serveren. Verleden tijd: ik serveerde, jij serveerde, hij serveerde, wij serverden, jullie serverden, zij serverden. Voltooid deelwoord: geserveerd. Passieve vorm: wordt geserveerd.

Zie ook: server (computer), serveren in de horeca, webserver.