corrigeren

Corrigeren betekent fouten of onjuistheden herstellen of verhelpen. Het woord wordt breed gebruikt: bij teksten om spelling en interpunctie te verbeteren, bij cijfers of metingen om afwijkingen of kalibratiefouten weg te nemen, en in bredere zin om procedures of gedragingen te verbeteren.

Het werkwoord is afgeleid van het Latijnse corrigere, via het Franse corriger en het Engelse to correct. In het Nederlands bestaat het in de basisvorm corrigeren en in vervoegingen zoals corrigeerde, gecorrigeerd en corrigerend.

In redactionele en publicistische context verwijst corrigeren vaak naar het verbeteren van fouten in een manuscript voordat het verschijnt. In data-analyse en wetenschappelijke disciplines kan corrigeren betekenen dat men systematische fouten of bias uit meetgegevens wegneemt met behulp van correcties op basis van calibratie of statistische methoden. Corrigeren kan ook verwijzen naar het aanpassen van gedrag of processen door middel van corrigerende maatregelen.

Veelgebruikte uitdrukkingen zijn 'een fout corrigeren', 'de tekst corrigeren' en 'corrigerende maatregelen'. Voorbeelden: De redacteur corrigeerde de spellings- en interpunctiefouten. De meetdata zijn gecorrigeerd voor kalibratiefouten. De organisatie trekt corrigerende maatregelen in werking om herhaling te voorkomen.