zuiveren

Zuiveren is een Nederlands werkwoord dat betekent dat onzuiverheden uit een stof, milieu of proces worden verwijderd, zodat het product of de omgeving zuiverder of bruikbaarder wordt. Het begrip wordt in veel contexten gebruikt, zoals het verwijderen van verontreinigingen, het raffineren van een stof en het schoonmaken van ruimte of technologie. Veelgebruikte toepassingen zijn waterzuivering en luchtzuivering.

Het woord is afgeleid van zuiver (pure) met het infinitiefsuffix -en. De verwante zelfstandige naamwoorden zijn zuivering (het proces van zuiveren) en zuiverheid (de toestand van puur zijn). Zuiveren onderscheidt zich vaak van reinigen door de nadruk op het verwijderen van specifieke onzuiverheden of het herstellen van een zuivere toestand, soms met chemische, fysieke of biologische methoden.

In de industrie en wetenschap omvat zuiveren uiteenlopende processen. Bij waterzuivering worden bijvoorbeeld coagulerende middelen gebruikt, gevolgd door bezinking, filtratie en desinfectie. In de chemie en biotechnologie geldt zuiveren voor de purificatie van moleculen en producten door distillatie, kristallisatie of chromatography. Ook de voedingsindustrie kent zuiveringsstappen om concentrates, vloeistoffen en ingrediënten vrij te maken van onzuiverheden.

Naast technische betekenissen kan zuiveren ook figuurlijk worden gebruikt, bijvoorbeeld voor het verwijderen van ongewenste elementen in een groep of organisatie, wat in politiek en geschiedenis vaak gepaard gaat met controverse en mensenrechtenzorgen. In het Engels wordt zuiveren meestal vertaald als to purify; zuivering is purification; zuiver is pure.