vaatproblematiek

Vaatproblematiek verwijst naar aandoeningen van de bloedvaten (slagaders en aders) die de bloedcirculatie kunnen verstoren. De meeste vaataandoeningen vallen onder arteriële (slagaderlijke) ziekte, veneuze (aderlijke) aandoeningen of microvasculaire problemen. Arteriële aandoeningen omvatten bijvoorbeeld atherosclerose, waarbij slagaders vernauwen en de bloedtoevoer naar organen kan afnemen. Een veelvoorkomend symptoom is pijn bij inspanning in de benen (claudicatie). Andere arteriën-gerelateerde aandoeningen zijn aneurysma en plotselinge blokkade door een slagaderembolie, wat kan leiden tot beroerte of hartaanval.

Veneuze aandoeningen betreffen problemen met de aderen, zoals spataderen, chronische veneuze insufficiëntie en diepe veneuze trombose (DVT). Symptomen kunnen zwelling, pijn en huidverkleuring zijn; DVT kan leiden tot een longembolie als een bloedklonter losslaat. Microvasculaire aandoeningen treffen kleine bloedvaten en komen vaak voor bij diabetes en hypertensie; voorbeelden zijn retinopathie en nefrovasculaire ziekte.

Diagnostiek omvat anamnese, lichamelijk onderzoek en beeldvorming zoals duplex-ultrageluid, de enkel-arm index (ABI) bij arteriële ziekte, en CT- of MR-angiografie. Bloedonderzoek kan bijdragen aan het evalueren van risicofactoren zoals cholesterol en bloedsuiker.

Behandeling richt zich op het beheersen van risicofactoren (roken stoppen, bewegen, gezonde voeding), medicatie zoals antistolling, statines en bloeddrukregulatie, en bij geschikte aandoeningen invasieve revascularisatie (angioplastie, stent of bypass). Compressietherapie en wondzorg kunnen worden toegepast bij veneuze aandoeningen; bij DVT/PE zijn anticoagulantia vaak onderdeel van de behandeling.

Preventie gebeurt door leefstijlaanpassingen en regelmatige controle van risicofactoren. De prognose varieert per aandoening en tijdige behandeling kan ernstige complicaties voorkomen.