Home

uitloop

Uitloop is een Nederlands woord met meerdere betekenissen, afhankelijk van de context. In algemene zin verwijst het naar een uitgang, opening of verlenging waardoor iets kan uitstromen, ontsnappen of eindigen. Het begrip komt veel voor in technische, civiele en huishoudelijke contexten.

In waterbeheer en civiele techniek betekent uitloop meestal het afvoerkanaal of de openingsplaats waardoor water uit

In huishoudelijke en sanitaire installaties verwijst uitloop vaak naar het uiteinde van een leiding waardoor water

Daarnaast wordt de term in de industrie gebruikt om het uiteinde of de afvoer van een machine

een
systeem
kan
verlaten.
Voorbeelden
zijn
de
uitloop
van
een
reservoir,
gemaal,
kanaal
of
dam.
De
belangrijkste
eigenschappen
zijn
het
debiet
(de
hoeveelheid
water
die
per
tijdseenheid
kan
wegstromen)
en
de
vorm
van
de
uitloopconstructie,
zoals
een
pijp,
kanaal
of
klep.
Uitlopen
worden
ontworpen
om
stroming
te
reguleren,
terugslag
te
voorkomen
en
de
waterafvoer
betrouwbaar
te
kunnen
sturen,
ook
bij
hoge
waterstanden.
uitkomt,
bijvoorbeeld
de
kraanuitloop
of
de
uitloop
van
een
waterslang.
Dit
gedeelte
kan
verschillende
vormen
hebben
(spout,
tuit)
en
wordt
soms
voorzien
van
een
aerator
of
waterbesparende
voorzieningen.
of
installatie
aan
te
duiden,
waar
afgewerkte
producten,
reststoffen
of
emissies
kunnen
worden
afgevoerd.
Zo
kan
het
gaan
om
een
uitlooparm
van
een
machine
of
een
afvoerpunt
in
een
productieproces.