uitgebouwd

Uitgebouwd is een bijvoeglijk naamwoord afgeleid van het werkwoord uitbouwen en betekent dat iets is uitgebreid, ontwikkeld of verregaand gebouwd. Het kan verwijzen naar fysieke constructies, zoals gebouwen of infrastructuur, maar ook naar plannen, systemen of organisaties die zijn uitgebreid of versterkt. Een woning kan bijvoorbeeld “uitgebouwd” zijn door een extra verdieping of aanbouw, terwijl een straat of netwerk spreekt van een “uitgebouwde infrastructuur”.

Grammaticaal kan uitgebouwd zowel attributief als predicatief optreden. In de praktijk ziet men meestal de vorm uitgebouwde bij de vrouwelijke enkelvoud of meervoud: de uitgebouwde woning, de uitgebouwde infrastructuur, maar ook het huis is uitgebouwd. De stam blijft volgens regels van het Nederlandse bijvoeglijk naamwoord, met aanpassing aan gender en getal.

Gebruik en connotatie variëren licht per context. Het impliceert meestal een doelbewuste uitbreiding of verbetering, vaak met duurzame of structurele kenmerken. Het kan zowel letterlijk functioneren (een gebouw dat is uitgebreid) als figuurlijk (een landelling met een uitgebouwde economische of sociale infrastructuur). Minder geschikt is de term voor kleine aanpassingen of oppervlakkige renovaties; die gevallen gebruikt men vaker met termen als “geraardt” of “gedeeltelijk vernieuwd”.

Vergelijkbaar vocabularium omvat uitgebreid, ontwikkeld en verregaand. Een uitgebouwde context kan verder spreken van bouwkundige aanpassingen, planmatige groei of organisatorische versterking. Het woord komt doorgaans voor in het Nederlands van de Benelux en wordt alledaags gebruikt in journalistiek, bouw- en infrastructuurteksten.