Home

slijtagehoeveelheden

Slijtagehoeveelheden is een term die verwijst naar de hoeveelheid materiaal die verloren gaat door slijtage in een tribologisch contact. Ze kunnen worden uitgedrukt als massa-slijtage (Δm), volume-slijtage (ΔV) of als gerelateerde slijtageparameters zoals een slijtagecoëfficiënt of slijtagegraad. In de tribologie is een gangbare benadering het Archard-model, waarin het slagveld van slijtage wordt gekoppeld aan de totale slijtagevolume V via V = k × (L × F)/H, waarbij k een dimensionless slijtagecoëfficiënt is, L de totale slidingafstand, F de normale belasting en H de hardheid van het zachtste materiaal. Dit biedt een manier om slijtagehoeveelheden te koppelen aan operationele belastingen en materiaaleigenschappen.

Meetmethoden voor slijtagehoeveelheden omvatten gravimetrische metingen (wegen van proefmonsters voor en na een test om Δm

Veelgebruikte eenheden zijn onder meer millimet cubic per N·m (mm^3/(N·m)) voor slijtagevermogen, milligram per afstand of

te
bepalen),
volumebepaling
via
profilometrie
of
3D-scanning
(om
ΔV
uit
de
materiaalverliezen
af
te
leiden),
en
microscopische/oppervlakteanalyse
om
slijtagevormen
te
karakteriseren.
In
laboratoriumtests
worden
vaak
tests
als
pin-on-disk,
block-on-ring
en
vier-ball
toegepast
om
slijtagegevoelige
parameters
te
kwantificeren.
De
resultaten
worden
meestal
uitgedrukt
als
volumeverlies
(mm^3),
massaverlies
(mg
of
g)
of
als
slijtagecoëfficiënten
of
slijtage-snelheden.
per
belasting
en
conversies
tussen
Δm
en
ΔV
via
ΔV
=
Δm/ρ,
waarbij
ρ
de
dichtheid
is.
Slijtagehoeveelheden
hangen
sterk
af
van
factoren
zoals
contactdruk,
slidingsnelheid,
temperatuur,
smering,
materiaalcombinatie
en
oppervlakteafwerking.
Ze
zijn
essentieel
voor
materiaalkeuze,
ontwerpoptimalisatie
en
onderhoudsplanning
bij
mechanische
systemen.