slijpkorrels

Slijpkorrels zijn kleine, zeer harde korrels die materiaal verwijderen door slijtage wanneer ze in contact komen met een werkstuk. Ze vormen de werkzame component in schuurmaterialen zoals schuurpapier, slijpwielen, borstels en polijstpads, en bepalen zo de efficiëntie en afwerking van het bewerkingsproces.

Slijpkorrels kunnen natuurlijk voorkomen of synthetisch worden vervaardigd. Veel gebruikte korrels zijn siliconencarbid (SiC), aluminiumoxide (Al2O3), boorcarbide (B4C), kubisch boornitride (CBN) en diamant. Diamant- en CBN-korrels zijn bijzonder hard en geschikt voor harde materialen zoals gereedschapstaal en keramiek; SiC en Al2O3 zijn algemener voor metaal, hout en glas.

Korrels worden geclassificeerd naar grootte, uitgedrukt in grit- of korrelgrootte. Grovere korrels verwijderen snel materiaal, maar leveren een ruwere afwerking; fijnere korrels leveren een gladdere finish. Gritniveaus worden volgens internationale normen zoals FEPA en ANSI aangeduid en aangeduid met cijfers (bijv. 40, 80, 120, 400).

Slijpkorrels komen voor in verschillende dragers en vormen, zoals in schuurpapier (papier of doek), slijpstenen, borstels en slijpwielen voor elektrisch aangedreven gereedschappen of handmatig werk. De keuze hangt af van het te bewerken materiaal, de gewenste finish en de te verwijderen materiaaldiepte.

Productie en veiligheid: synthetische korrels worden vaak vervaardigd door smelt- of depositioneertechnieken; natuurlijke korrels worden geologisch gewonnen. Gebruik vereist passende persoonlijke beschermingsmiddelen tegen stof en scherpe korrels, goede ventilatie en een zorgvuldige selectie van korrelgrootte en binder.