Home

schuimverbanden

Schuimverbanden zijn netwerken van gasbelletjes die ingebed zijn in een vloeistof of een vaste matrix. Ze ontstaan wanneer lucht of ander gas in een vloeistof wordt ingeöpt (bijvoorbeeld door mechanisch schuimen, koken of gasvorming tijdens chemische reacties) of wanneer een polymeer of gel tijdens het uitharden gas genereert. De stabiliteit van schuimverbanden wordt bepaald door de eigenschappen van de vloeistof, de aanwezigheid van interfaciale stabilisatoren zoals oppervlakte-actieve stoffen, eiwitten of polymeren, de viscositeit en de tijdsduur waarvoor het schuim bestaat.

Structuur en classificatie van schuimverbanden hangen af van de celtypen en de connectiviteit. Er kan onderscheid

Eigenschappen van schuimverbanden omvatten een laag gewicht, goede isolatie en demping, maar ook gevoeligheid voor druk,

Toepassingen zijn talrijk en variëren van insulatiematerialen en lichtgewicht bouwmaterialen tot verpakkingsschuimen en culinair schuim zoals

worden
gemaakt
tussen
gesloten-cell
schuimen,
waarin
gasbelletjes
geïsoleerd
zijn,
en
open-cell
schuimen,
waarbij
cellen
onderling
zijn
verbonden.
Belangrijk
zijn
celgrootte
en
porositeit,
die
samen
de
mechanische
sterkte,
massa
en
transporteigenschappen
bepalen.
De
samenstelling
van
het
vloeistof-
of
matrixgedeelte
en
de
aard
van
de
ingesloten
gasfase
beïnvloeden
ook
de
stabiliteit
en
de
aard
van
coalescentie
en
rijping
van
het
schuim.
drainage
en
verzadiging.
Door
hun
porositeit
kan
de
schuimstructuur
warmte-
en
geluidisolatie
leveren
en
als
drager
of
celdragende
structuur
dienen.
room-
of
aquafaba-schuimen.
In
de
industrie
worden
schuimverbanden
ook
toegepast
in
filtratie,
geluiddemping
en
cosmetische
producten.
Onderzoek
richt
zich
op
het
verbeteren
van
stabiliteit,
duurzame
materialen
en
controle
over
celgrootte
en
porositeit.