Home

meervoudregels

Meervoudregels is een verzamelnaam voor de regels die bepalen hoe Nederlandse zelfstandig naamwoorden in het meervoud worden gezet. De basisregel is het toevoegen van -en of -s aan de stam. De -en-meervoud geldt voor de meeste woorden; soms ondergaat de stam klank- of spellingveranderingen. Er bestaan ook onregelmatige meervouden die hiervan afwijken.

De -en-meervoud wordt toegepast op veel woorden. Voorbeelden zijn huis → huizen, boom → bomen, man → mannen, vrouw

Leenwoorden uit andere talen eindigend op een klinker of op bepaalde klank einden nemen vaak -s of

Samengestelde woorden volgen meestal de regel dat het meervoud wordt gevormd op het laatste deel; voorbeeld:

Er bestaan ook uitzonderingen en regeltechnische details die per woord kunnen verschillen. Voor exacte vormen en

→
vrouwen,
en
kind
→
kinderen.
Sommige
stemmen
leveren
stamveranderingen
op
in
het
meervoud,
zoals
duif
→
duiven,
heer
→
heren,
en
bloem
→
bloemen.
Ook
zijn
er
woorden
waar
de
klank
verandert
terwijl
-en
wordt
toegevoegd.
-’s:
auto
→
auto’s,
foto
→
foto’s,
piano
→
piano’s.
Afwijkingen
komen
voor,
en
soms
wordt
een
apostrof
gebruikt
om
verwarring
te
voorkomen.
tandartspraktijk
→
tandartspraktijken.
Bij
veel
samenstellingen
blijft
het
meervoud
dus
gericht
op
het
laatste
element,
terwijl
de
andere
delen
onveranderd
blijven.
verdelingen
is
raadpleging
van
een
woordenboek
of
spellinggids
aan
te
raden.
In
de
praktijk
vormen
de
-en-
en
-s-meervouden,
samen
met
stamveranderingen
en
samenstellingregels,
de
kern
van
de
meervoudregels
in
het
Nederlands.