Home

luchtstromingen

Luchtstromingen verwijzen naar bewegingen van de lucht, zowel in de atmosfeer als in gesloten ruimten. Ze ontstaan door verschillen in luchtdruk en temperatuur en worden beïnvloed door de zwaartekracht. Op grotere schaal speelt ook de draaiing van de aarde een rol, bekend als de Corioliskracht.

In de atmosfeer bestaan grootschalige en kleinschalige stromingen. Grootschalige patronen worden gestuurd door globale circulatiecellen zoals

Kleine schaal: convectie veroorzaakt verticale luchtstromen die buien kunnen versterken; horizontale winden worden beïnvloed door obstakels

In gebouwen en industriële omgevingen zijn luchtstromingen cruciaal voor ventilatie en thermisch comfort. Ze ontstaan door

de
Hadley-cel,
de
Ferrel-cel
en
de
polaire
cel,
die
samen
leiden
tot
karakteristieke
windpatronen
op
verschillende
breedten
en
hoogten.
Op
grote
hoogte
ontstaan
sterke
westenwinden,
jetstreams,
die
de
beweging
van
weersystemen
bepalen.
Regionale
winden
ontstaan
door
variaties
in
temperatuur
en
druk
tussen
land
en
zee,
zoals
passaatwinden
rond
de
tropen,
westelijke
winden
op
gematigde
breedten,
en
lokale
verschijnselen
als
bries,
zee-
en
landwind
en
berg-
en
dalwinden.
en
stedelijke
omgevingen
en
kunnen
laminaire
stroming
zijn
of
turbulentie
vertonen.
ventilatiesystemen,
temperatuurverschillen
en
de
aanwezigheid
van
openingen
en
obstakels.
De
eigenschappen
van
de
lucht,
zoals
dichtheid,
viscositeit
en
turbulentie,
bepalen
het
gedrag
van
de
stroming.
Luchtstromingen
beïnvloeden
weersystemen,
klimaat,
luchtkwaliteit
en
het
binnenklimaat.