Home

laagspannings

Laagspanningsnetten zijn het deel van het elektriciteitsnet dat opereert bij lage nominale spanningen. In Europese normen wordt laagspanning doorgaans gedefinieerd als maximaal 1000 volt wisselstroom (AC) of maximaal 1500 volt gelijkstroom (DC). In de praktijk betreft dit vooral het netwerk dat huishoudens en bedrijventakken van elektriciteit voorziet, zoals de 230 volt enkelvoudige fase en 400 volt drie-fase systemen in gebouwen en installaties. De laagspanningsnetten vormen de uiteindelijke schakel tussen de grotere elektriciteitsnetwerken en de eindverbruikers.

Het omvat zowel de bekabeling en verdeelinrichtingen als de apparatuur die rechtstreeks aan verbruikers wordt geleverd.

Veiligheid en regelgeving spelen een belangrijke rol. In Nederland en de EU gelden normen zoals NEN-EN-IEC 60364

Toepassingen van laagspanningsnetten omvatten huishoudelijke woningen, kantoren, winkels, industriële voorzieningen en openbare verlichtingssystemen. Trends omvatten decentrale

Componenten
zijn
onder
meer
kabels
en
leidingen,
verdeelinstallaties
(verdelers
en
schemas),
schakelaars
en
beschermingsmiddelen,
automatische
zekeringen,
aardingssystemen
en
aardlekschakelaars,
energiemeters
en
installatiemateriaal
voor
verlichting
en
krachtvoorzieningen.
Transformatoren
die
spanning
afdalen
naar
laagspanning
zitten
doorgaans
in
de
midden-
en
laagspanningsstations
en
leveren
via
het
laagspanningsnet
de
eindgebruiker.
voor
elektrische
installaties
in
gebouwen.
Beveiligingsmaatregelen,
zoals
aardingssystemen,
overspanningsbeveiliging
en
differentiële
stroombeveiliging
(aardlekschakelaars),
zijn
verplicht
om
blootstelling
aan
elektrische
schokken,
brand
en
andere
risico’s
te
beperken.
Onderhoud,
inspectie
en
correcte
installatiepraktijken
zijn
essentieel
voor
betrouwbaarheid
en
veiligheid.
opwekking
(zoals
zonnepanelen),
slimme
meters
en
(elektrische)
voertuigen,
die
de
inrichting
en
het
beheer
van
laagspanningsnetten
beïnvloeden.