Uitleenperioden

Uitleenperioden beschrijven de duur waarvoor een bibliotheekitem kan worden uitgeleend voordat het moet worden ingeleverd. Ze vormen een kernonderdeel van bibliotheekbeheer en bepalen hoe lang leden van de collectie kunnen genieten. De exacte periodes verschillen per bibliotheek, per soort materiaal en per lidmaatschap.

Typische perioden variëren afhankelijk van het materiaal: boeken hebben doorgaans langere uitleentermijnen dan multimedia. In veel bibliotheken geldt voor standaardboeken een uitleenperiode van enkele weken; tijdschriften, CDs en DVDs worden vaak voor kortere termijnen uitgeleend. Voor referentiemateriaal en speciale collecties geldt in veel gevallen een korte uitleentermijn of wordt het niet uitgeleend buiten de vestiging.

Verlengingen en reserveringen spelen een belangrijke rol. Leden kunnen vaak een item verlengen via de online catalogus, telefonisch of aan de balie, tenzij iemand anders het item gereserveerd heeft of de maximale uitleentermijn is bereikt. Een reservering kan ertoe leiden dat een item eerder teruggebracht moet worden.

Boetes en uitzonderingen zijn bepalend voor de consequentie van te late inlevering. Te late inlevering leidt in veel bibliotheken tot boetes per dag, hoewel sommige bibliotheken boetes hebben afgeschaft of beperken. Regelingen per bibliotheek kunnen ook verschillen voor student- of seniorleden en voor internationale leden.

Variatie tussen bibliotheken en regio’s is gebruikelijk. Beleidskeuzes worden vaak bepaald door gemeentelijke Richtlijnen, budgetten en de vraag naar beschikbaarheid van materialen. Uitleenperioden dienen zo het evenwicht te bewaren tussen snelle toegang en voldoende beschikbaarheid voor alle gebruikers.