Home

Ongelijkheid

Ongelijkheid verwijst naar de ongelijke verdeling van hulpbronnen, kansen en macht binnen een samenleving. Het kan verschillende dimensies omvatten, zoals inkomen en rijkdom, onderwijs, gezondheid, juridische en politieke invloed, en geografische verschillen. Ongelijkheid is zowel een structureel fenomeen als een product van economische en sociale processen en kan verschillen tussen landen, regio's en bevolkingsgroepen.

Belangrijke vormen zijn inkomensongelijkheid (verdiensten en transfers), vermogensongelijkheid, onderwijsongelijkheid, gezondheidsongelijkheid, genderongelijkheid, raciale of etnische ongelijkheid, en

Oorzaken zijn onder meer marktfalen, technologische veranderingen, globalisering, discriminatie, ongelijk toegankelijke onderwijs, schulden en gebrek aan

Maten en indicatoren: de Gini-coëfficiënt meet inkomensongelijkheid; de Palma-ratio vergelijkt de top 10% met het onderste

Gevolgen: ongelijkheid kan sociale spanningen, minder economische efficiëntie en minder gelijke kansen voor kinderen veroorzaken. Langdurige

Beleid en interventies streven naar eerlijke toegang tot onderwijs, gezondheidszorg en arbeid; fiscale herverdeling, minimumlonen, arbeidsmarktbeleid,

regionale
of
stedelijk-landelijke
ongelijkheid.
sociale
vangnetten.
Mechanismen
zoals
netwerkvaardigheden,
productiviteit,
en
arbeidsmarktkansen
versterken
vaak
aanhoudende
verschillen.
kwartiel;
Theil-index
en
share-analyses
geven
verdelingsbeelden.
Gezondheids-
en
onderwijspelingen
worden
vaak
gemeten
via
levensverwachting,
sterftecijfers
en
testresultaten.
ongelijkheid
kan
de
democratische
betrokkenheid
en
sociale
cohesie
ondermijnen.
kinderopvang
en
investeringen
in
regionale
ontwikkeling.
Effectieve
aanpak
vereist
veerkrachtige
instituten
en
consistente
uitvoering.