Hoogopgeleid

Hoogopgeleid is een term uit het Nederlands die verwijst naar iemand met een hoog niveau van onderwijs. In de volksmond en in statistieken betekent het doorgaans iemand met ten minste een bachelor- of hoger onderwijsopleiding, meestal via hoger beroepsonderwijs (HBO) of universitair onderwijs (WO). In veel bronnen is hoogopgeleid synoniem aan personen met een HBO- of WO-diploma, terwijl lagere niveaus worden aangeduid met termen als laagopgeleid; definities kunnen per instantie variëren.

In Nederland wordt de term vooral gebruikt in demografische en arbeidsmarktanalyse. Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) hanteert doorgaans “hoogopgeleid” voor mensen met ten minste een bacheloropleiding of hoger. In Vlaanderen en andere Nederlandse taalgebieden komt de term ook voor in beleid en sociaal debat, onder meer in onderzoeken naar inkomensverschillen, arbeidsparticipatie en maatschappelijke mobiliteit.

Gebruik en maatschappelijke context: hoogopgeleiden hebben doorgaans betere arbeidsmarktperspectieven, hogere gemiddelde lonen en een lagere kans op langdurige werkloosheid. Tegelijk bestaan er zorgen over mismatch, overkwalificatie en regionale verschillen, en over de vraag in hoeverre een hoge opleiding bijdraagt aan economische groei en persoonlijke ontwikkeling.

Historisch is het aandeel hoogopgeleiden in de bevolking toegenomen door uitbreiding van onderwijs en veranderende studieloopbanen, met beleid gericht op zowel hoger beroepsonderwijs als universitair onderwijs. Zie ook: laagopgeleid, mbo, hbo, wo.