Graankorrels

Graankorrels zijn de zaden van cereale planten zoals tarwe, rijst, maïs, gerst, haver en rogge. Een korrel bevat meestal drie onderdelen: de kiem (embryo), het endosperm en de buitenste beschermlaag (bran, met pericarp). De kiem bevat groeipotentie, het endosperm levert zetmeel en eiwitten, en de buitenlaag bevat vezels en micronutriënten. Bij raffinage worden kiem en delen van de bran verwijderd, wat leidt tot geraffineerde meel- of rijstproducten.

Graankorrels worden wereldwijd als voedselbron gebruikt. De belangrijkste soorten voor consumptie zijn tarwe, rijst, maïs, gerst, haver en rogge; er bestaan ook volkorenvarianten die de hele korrel behouden. De korrel vormt de basis voor brood, pasta, ontbijtgranen en veel andere producten.

Verwerking en voeding: na de oogst worden graankorrels schoongemaakt en gedorst. Voor bloem of rijstproductie worden bran en kiem vaak deels of helemaal verwijderd; volkoren varianten houden ze wel aan. Voedingswaarde varieert: koolhydraten leveren de meeste energie; tarwe, gerst en rogge bevatten gluten die bijdragen aan deegstructuur; rijst en maïs zijn van nature glutenvrij. De bran levert vezels, vitaminen en mineralen; raffinage verlaagt deze micronutriënten.

Opslag en veiligheid: korrels moeten droog en koel bewaard worden om schimmelgroei en plaaginsecten te voorkomen. Vochtigheid en temperatuur bepalen houdbaarheid en kwaliteit. Economisch belang: graankorrels vormen een wereldwijd belangrijke voedselbron en handelsgrondstof.