DNAvolgorde
DNAvolgorde verwijst naar de opeenvolging van nucleotiden in eenDNA-molecuul: adenine (A), thymine (T), cytosine (C) en guanine (G). In een dubbele helix koppelen A met T en C met G, waardoor twee complementaire strengen ontstaan. De volgorde van deze bouwstenen vormt de genetische informatie van een organisme of cel.
De DNAvolgorde bevat zowel coderende als niet-coderende elementen. Gedeelten die coderend zijn, worden genen genoemd en
Sequencing is het proces waarmee de DNAvolgorde in kaart wordt gebracht. Technieken variëren van Sanger-sequencing tot
Toepassingen van DNAvolgorden omvatten biomedisch onderzoek, diagnostiek, forensische identificatie en evolutionaire studies. De interpretatie van sequentiegegevens
---