Home

Basiskwantheden

Basiskwantheden vormen de fundamentele grootheden in het SI-meetsysteem. Ze zijn zodanig gekozen dat ze onafhankelijk van elkaar staan en samen alle overige meetbare eigenschappen kunnen beschrijven.

Het SI kent zeven basiskwantheden: lengte (meter, symbool m); massa (kilogram, symbool kg); tijd (seconde, symbool

Vanaf 2019 zijn de basiseenheden gedefinieerd door vaste natuurconstanten. Voorbeelden zijn de snelheid van licht in

In de praktijk fungeren basiskwantheden als referentiepunten in de metrologie. Afgeleide grootheden ontstaan uit combinaties van

s);
elektrische
stroom
(ampere,
symbool
A);
thermodynamische
temperatuur
(kelvin,
symbool
K);
hoeveelheid
stof
(mol,
symbool
mol);
en
lichtsterkte
(candela,
symbool
cd).
Door
deze
basiseenheden
kunnen
afgeleide
grootheden
worden
gedefinieerd,
zoals
snelheid
(m/s),
kracht
(newton,
N
=
kg·m/s^2)
en
energie
(joule,
J
=
kg·m^2/s^2).
vacuüm
(c),
de
cesium-133-frequentie
voor
de
definitie
van
de
seconde,
de
Planck-constante
h,
de
Boltzmann-constante
k_B,
de
elementaire
lading
e,
het
Avogadro-nummer
N_A
en
de
lumenefficiëntie
die
aan
de
candela
is
gekoppeld.
basisgrootheden
en
constante
factoren,
wat
een
consistente
en
reproduceerbare
meting
mogelijk
maakt
over
tijd
en
plaats.